Ook aankomende dga! Als u aan uw werknemer een auto van de zaak ter beschikking stelt, moet hij rekening houden met de bekende bijtelling vanwege het privégebruik. Dat geldt ook voor de dga met een auto van zijn BV. Deze bijtelling kan hij voorkomen, bijv. door een Verklaring geen privégebruik auto bij de werkgever in te leveren. Maar wat nu als hij deze verklaring pas achteraf inlevert, dus als de auto al enige tijd ter beschikking is gesteld?
Bijtelling auto voorkomen
De werknemer of dga kan de bijtelling voorkomen door de werkgever een sluitende kilometeradministratie aan te leveren waaruit blijkt dat hij in het jaar niet meer dan 500 km met de auto privé heeft gereden. Dat bewijs mag hij ook op andere wijze leveren, want een kilometeradministratie is niet verplicht. Dit zal overigens niet eenvoudig zijn, want de werkgever zal dan moeten beoordelen of het geleverde bewijs voldoende is. Tip. Een laatste en in de praktijk vaak gebruikte methode is het aan de werkgever verschaffen van een Verklaring geen privégebruik auto. Deze kan de werknemer online aanvragen bij de Belastingdienst. Is op een van genoemde manieren duidelijk dat er met de auto niet meer dan 500 km privé is gereden, dan mag de werkgever de bijtelling achterwege laten.
Achteraf inleveren? Het kan natuurlijk voorkomen dat er aan een werknemer een auto ter beschikking is gesteld, maar dat hij pas later, bijv. na enige weken of maanden, de Verklaring geen privégebruik auto overhandigt. Wettelijk is bepaald dat men de bijtelling pas achterwege mag laten vanaf het eerste loontijdvak nadat de werkgever de verklaring ontvangen heeft. Tot die tijd moet de werknemer, in de regel via een kilometeradministratie, per loontijdvak duidelijk maken dat de werkgever de bijtelling niet hoeft toe te passen.
Voorbeeld.Uw werknemer krijgt per 1 maart een auto van de zaak. U als werkgever krijgt de verklaring echter pas in mei. De werknemer mag de auto in een jaar niet meer dan 500 km privé gebruiken, dus vanaf maart slechts 10 / 12 x 500 = 416 km. Blijkt uit de kilometeradministratie dat in maart bijv. 65 km privé is gereden, dan is dit op jaarbasis 650 km. Omdat dit meer is dan 500 km, moet u in maart de bijtelling toepassen. Rijdt hij in april bijv. 55 km, dan rijdt hij in maart en april samen 120 km privé. Dit is 600 km op jaarbasis en dus moet u ook in april bijtellen. Krijgt u in mei geen kilometeradministratie maar de Verklaring geen privégebruik auto, dan hoeft er niet te worden bijgeteld, tenzij dit op basis van de al bekende gegevens wel moet. In maart tot en met mei is zeker 120 km privé gereden, oftewel: 40 km per maand. Dit is op jaarbasis 480 km, oftewel: minder dan 500 km. De bijtelling in mei hoeft u dus niet meer toe te passen.
Bijtelling corrigeren?
In het hiervoor genoemde voorbeeld mag de werkgever de bijtelling over de maanden maart en april niet zomaar corrigeren. Dit mag alleen op het einde van het jaar als de werknemer bewijst dat er met de auto niet meer dan 416 km privé is gereden. Corrigeert de werkgever niet, dan kan de werknemer zelf bezwaar maken tegen de loonheffingen over het jaar vanwege de ten onrechte toegepaste bijtelling over de maanden maart en april. Tip. Het is echter eenvoudiger als hij in zijn aangifte de bijtelling op het loon in mindering brengt. Hierdoor hoeft hij minder belasting af te dragen of krijgt hij een groter bedrag terug.